Wat maakt van een feest een feest?

Dat het begrip feest een enorme lading dekt, hoeft intussen niet meer uitgelegd te worden. De grote verscheidenheid die de feestcultuur kenmerkt, zorgt er evenwel voor dat het niet eenvoudig is om de vinger te leggen op wat al deze feesten gemeen hebben. In het algemeen kan een feest beschouwd worden als een moment waarop een belangrijke gebeurtenis of een heuglijk feit - al dan niet officieel - wordt herdacht en gevierd. Dat betekent echter niet automatisch dat het altijd om een vrolijk gebeuren moet gaan: ook begrafenisplechtigheden of herdenkingen maken bijvoorbeeld deel uit van de feestcultuur. Daarom wordt ook vaak de iets neutralere term ‘viering’ gebruikt

Bijzonder en toch alledaags

Los van het feit of de aanleiding vrolijk is of niet, kan gesteld worden dat aan de basis van een viering hoe dan ook iets bijzonders ligt. Dat maakt van een feest of viering iets dat het dagdagelijkse overstijgt, een moment dat toelaat even aan de sleur te ontsnappen. Vroeger was het dagelijkse leven harder dan nu en werd dat onderscheid nog veel scherper aangevoeld. Naar tal van feesten en vieringen werd en wordt dan ook al lang van tevoren uitgekeken. 

Viering van begin tot einde

In het algemeen is het zo dat een feest een vrij vast verloop heeft, met een duidelijk begin en einde. Dat wordt in de hand gewerkt doordat aan feesten allerlei rituelen en gebruiken verbonden zijn. Carnavalisten openen bijvoorbeeld het carnavalsseizoen op 11 november om 11u11 en sluiten het op Vette Dinsdag. 

Keer op keer

Een feest of viering wordt verder ook gekenmerkt door een zekere regelmaat. Je verjaardag keert bijvoorbeeld elk jaar terug en ook de komst van de Sint op 6 december is iets dat vaststaat. Sommige feesten, zoals je plechtige communie, vier je maar één keer in je leven. Daar staat wel tegenover dat een heleboel andere mensen op een totaal ander tijdstip net diezelfde gebeurtenis vieren. Doordat bij die gelegenheid steeds dezelfde tradities opduiken, is ook dan sprake van herhaling. Door een opeenvolging van alle verschillende feesten krijgt het leven als het ware automatisch ritme. Toch staan feesten niet haaks op het alledaagse leven, maar maken ze er door hun repetitieve karakter evengoed deel van uit. 

In groep

Natuurlijk feest ook niemand in zijn eentje: feesten en vieringen zijn per definitie een groepsgebeuren. Meer nog, het is door de groep die eraan deelneemt, dat een feest betekenis krijgt. Een feest bakent de mensen die het vieren dus af en markeert een verandering in hun status.