De impact van corona op heemkring Amalia van Solms

Herman Janssen nam het voorzitterschap van heemkring Amalia van Solms midden in corona-tijden op zich. Voor zijn pensioen werkte hij veertig jaar met mensen met een verstandelijke beperking. In dit interview getuigt hij over het unieke karakter van de heemkring en doet hij de gevolgen van corona uit de doeken, en dit zowel op Belgische als Nederlandse bodem. Heemkundekring Amalia van Solms is immers werkzaam in de tweelinggemeente Baarle-Hertog (B) – Baarle-Nassau (NL), kortweg Baarle, waartoe ook de woonkernen Ulicoten (NL), Castelré (NL) en Zondereigen (B) behoren.

Dag Herman, kan je jezelf even voorstellen en ons vertellen hoe je precies bij heemkring Amalia van Solms bent gekomen? 

Ik ben voorzitter bij de heemkundige kring van Baarle, maar woon in Merksplas. Dat roept toch wel wat vragen op. Mijn voorouders komen uit Ulicoten, een kerkdorp van Baarle-Nassau. Toen ik begon met stamboomonderzoek kwam ik al zoekende in contact met lokale heemkundige kringen, die dikwijls goede achtergrondinformatie hebben. Ik ben al sinds 1989 lid van Amalia van Solms. Je ziet hier in de grensstreek tussen België en Nederland heel vaak dat mensen een sprongetje over de grens hebben gemaakt.

In de vereniging ben ik een aantal jaren gewoon actief lid geweest. Zo ben ik er eigenlijk stilaan ingerold. In 1996, na zeven jaar lid te zijn, ben ik bij het bestuur gegaan. Twee jaar geleden ben ik er een jaartje tussenuit geweest vanwege een drukke professionele agenda en het overlijden van mijn ouders. Wanneer ik daarna op pensioen ging, kwam ik tot de conclusie dat mijn werk bij de heemkring nog niet klaar was. Onze voorzitter was op dat moment, na 35 jaar dienst, klaar om de fakkel aan mij door te geven.

Jullie kring is toch wel bijzonder, gezien deze gevestigd is in België, maar qua organisatie zelf wel Nederlands is. Hoe is dat precies gekomen?

Wij zijn in 1976 opgericht. Het bestuur ijverde er toen voor om de vereniging zowel Belgisch als Nederlands te maken. Ze zijn met die vraag naar notarissen gegaan en zij zijn uiteindelijk tot de conclusie gekomen dat het niet mogelijk was om een vzw op te richten die tegelijk aan de Belgische én de Nederlandse wetgeving voldeed. De keuze was toen vrij evident omwille van het grote aantal Nederlanders in het bestuur én onder de leden, wat nu nog steeds het geval is. Daarom gingen ze dus voor een Nederlandse vereniging. Pas 13 jaar later vonden ze een lokaal, een heemhuis, het vroegere gemeentehuis van Baarle-Hertog, dat toen vrijkwam. Dan hebben we dus een huisvesting gekregen op Belgisch grondgebied, ook al waren we een Nederlandse vereniging. Dat weerspiegelt een beetje onze missie. We zijn er namelijk voor heel Baarle, voor Baarle-Hertog én voor Baarle-Nassau.

Naast die unieke situatie beschikt jullie kring ook over een bijzondere naam. Vanwaar de naam Amalia van Solms? 

Archeologische dag met Vikingen

Dat is een naam die in Nederland beter bekend is dan in België. Ik moet toegeven dat ik zelf ook nooit geweten heb wie Amalia van Solms was tot ik bij de heemkring kwam. Zij was een prinses, die de titels ‘Vrouwe van Breda’ én ‘Vrouwe van Turnhout’ gekregen had. Tijdens het uitoefenen van die twee functies zorgde zij voor het behoud van de enclaves in Baarle. Een enclave is een gebied dat geheel wordt omsloten door grondgebied van een ander land, hier Nederland. Toen Nederland onafhankelijk werd en het protestantisme als staatsgodsdienst instelde, zorgde Amalia van Solms voor de handhaving van de katholieke godsdienst in Baarle, en dit zelfs tegen de wil van haar eigen familie. Met de handhaving van de lokale kerk konden ook de enclaves overleven. Zij is dus van groot belang geweest voor Baarle en heeft, zeker in Nederland, een heel goede naam.

Het zijn gekke tijden momenteel, maar waarvoor kan je in een normaal jaar bij jullie heemkring terecht? 

Naast ons tijdschrift Van Wirskaante, dat vier keer per jaar uitkomt, en tal van activiteiten ben je ook welkom in ons heemhuis. Daar kan je een hele hoop voorwerpen bezichtigen. Eigenlijk is het in die zin een beetje een museum, waar je op je eentje of via een rondleiding de boel kan verkennen. Op gebied van familiekunde hebben wij een heel grote collectie aan bidprentjes en doodsbrieven. We zijn ook bezig met het digitaliseren van een enorme collectie beeldmateriaal via de website.

We hebben ook heel wat boeken gepubliceerd. In 2021 plannen we een heruitgave van een stratenboek, waar elke straat alfabetisch in vermeld staat met uitleg en foto’s van vroeger en nu. De eerste publicatie dateert alweer van elf jaar geleden. We merken vandaag de dag nog steeds een grote vraag naar dat boek, dat al jarenlang is uitverkocht. Daarom verzorgen we een heruitgave, waar we ook de intussen nieuwe straten aan toevoegen en de zandwegen, die inmiddels een naam kregen.

In 2011 kreeg jij als Belg een Koninklijke Onderscheiding in Nederland, wat toch wel uniek is. Hoe beleefde jij die erkenning toen?

Die erkenning legt toch wel wat verschillen tussen Belgen en Nederlanders bloot. Die waardering van bovenuit voor de dingen die je als vrijwilliger voor de gemeenschap doet, die is als vanzelfsprekend in Nederland en die ontbreekt veeleer in België. Hier in België wordt er in het beste geval vanuit de gemeente jaarlijks aandacht aan besteed. In Nederland leeft dat echt. Dat is een vorm van dankuwel zeggen. Ik kreeg toen dat speldje omwille van mijn verdiensten aan Nederlandse kant. Mijn prestaties langs Vlaamse kant kwamen niet in aanmerking. Binnen Baarle is het niet bijzonder dat een Belg zo’n speldje krijgt, maar het is wel bijzonder dat die Belg buiten Baarle woont. Ik vind wel dat er aan Belgische kant gerust eens mag nagedacht worden om mensen, die zich op cultureel of maatschappelijk gebied verdienstig maken, ook een keer in de bloemetjes te zetten.

Die waardering was een heel grote verrassing. Op de dag dat die onderscheiding werd overhandigd, organiseerden wij vredesdagen met de kinderen van de lokale scholen. Ik gaf toen voor een 60 à 70-tal kinderen een lezing. Plots stapt de burgemeester binnen, mijn frank valt nog niet direct. Alles wordt onderbroken en ondertussen live uitgezonden op de radio. Op diezelfde dag beviel mijn dochter in het ziekenhuis van een tweeling. Die dag zit dus echt in mijn geheugen gegrift, om meerdere redenen.

Je spreekt over vredesdagen. Wat houden die in?

Het project van de vredesdagen is gestart in 2008, samen met een lagere school in Baarle-Hertog en Toerisme Baarle.

Vredesdag, rondleiding bij de dodendraad.

Die dagen staan in het teken van de herdenking van de Eerste Wereldoorlog. Ten tijde van de Eerste Wereldoorlog liep er een elektrische draadversperring langs de Belgisch-Nederlandse grens. Die was geplaatst door het Duitse leger met de bedoeling dat mensen België niet meer uit konden richting Nederland, dat toen neutraal was. Wij hebben daar een reconstructie van gemaakt op de originele plaats waar die had gestaan. We wilden echter meer doen dan enkel die reconstructie. Daarom besloten we die vredesdagen te organiseren voor het vijfde en zesde leerjaar. De plaatselijke scholen, zowel in Baarle-Hertog als Baarle-Nassau, waren direct geïnteresseerd. Ondertussen organiseren we de vredesdagen tweejaarlijks.

Wat doen wij op die dagen? We vertellen de kinderen over de Eerste Wereldoorlog in Baarle. Dat is voor hen altijd even bekomen nadien. Vervolgens laten we hen praten aan de hand van een aantal vragen, zoals ‘Stel dat jouw vader naar het leger moet in de oorlog, hoe zou je je daarbij voelen? Op welke manier zou je proberen om contact te houden?’ Nadien laten we hen iets met hun handen doen. Sommige kinderen kunnen hun gevoelens beter uiten via een tekening bijvoorbeeld. Aansluitend gaan we naar buiten en houden we daar nog een drietal activiteiten. Wij hebben daar langs Nederlandse kant in 2014 de Knippenbergprijs mee gewonnen.

Amalia van Solms is de grootste heemkring van Noord-Brabant en Antwerpen. Waar blinkt de heemkring volgens jou in uit? 

Vredesdag

De enclaves maken ons uniek. Wij zijn actief in twee landen. Maar het succes komt natuurlijk niet vanzelf. De eerste tien jaar waren er bijvoorbeeld amper leden en activiteiten. In het begin was een heemkring in zekere mate een ietwat elitair gebeuren. Bij de oprichting nodigde men een aantal mensen uit om lid te worden. Wie waren dat dan? Dat waren meneer pastoor, de notaris, de leraren,… Kortom, een bepaalde laag van de bevolking. Daarna kozen wij resoluut ervoor om de gewone mensen te bereiken. Iedereen is welkom bij ons. De sfeer is altijd gemoedelijk en er zijn werkgroepen actief rond boeiende thema’s.

Ondertussen zijn wij uitgegroeid tot een heel grote vereniging met 1700 leden. Deze situeren zich niet enkel in Baarle, maar komen ook van ver daarbuiten. Ik denk dat we leden hebben in meer dan 80 gemeentes. De helft van de gemeenten ligt in België, de andere helft in Nederland, doordat wij echt bovenop die grens zitten. Dat maakt onze vereniging ook zo interessant. Er zijn heel wat mensen die ooit in Baarle gewoond hebben, maar nu ergens anders wonen, soms zelfs in het buitenland. Mensen verhuizen, maar willen ook op de hoogte blijven van wat er allemaal leeft in Baarle.

Jullie zetten het vrijwilligerswerk op een originele manier in de kijker door het delen van een joblijst op de website. Hoe werkt dit voor jullie en raad je dit andere erfgoedverenigingen aan?  

Vraag me dat volgend jaar nog eens, want die staat er nog maar pas op. Het idee erachter is dat mensen niet altijd weten wat ze bij ons kunnen verwachten. We moeten dus duidelijk maken waar we mee bezig zijn en ook waar je ons mee kan helpen. Vandaar dat er op de joblijst enerzijds dingen staan die soms heel omvattend zijn, maar anderzijds ook kleine eenvoudige taken die mensen over de drempel kunnen helpen. Ik denk dat het een hulpmiddel is, maar ik weet ook uit ervaring dat de beste tactiek nog steeds is om mensen persoonlijk aan te spreken. Hetzelfde geldt voor ons lidmaatschap. Er zaten in onze vereniging altijd een paar mensen die iedereen aanspraken, zelfs als ze iemand op de fiets passeerden. Zo kan je heel wat mensen over de streep trekken en maak je heel wat leden. Rechtstreeks contact is in ieder geval beter, maar de joblijst zorgt er wel voor dat iedereen weet heeft van wat er nodig is binnen de vereniging en waarmee ze zouden kunnen helpen.

Op jullie website kan je ook een beleidsplan bekijken, toch wel zeldzaam voor een heemkring. Vanwaar die noodzaak?

Wij werken allemaal met vrijwilligers. Je kan hen dan ook geen eisen opleggen qua taken of hen verplichten om nog meer te doen. Je moet eigenlijk blij zijn met elk dingetje dat ze doen. Soms gaat het echter toch wat traag en dan boek je niet zo heel veel resultaten. Via dat beleidsplan willen we een weg uitstippelen en willen we de dingen wat tastbaarder maken. Zo worden we af en toe verplicht te kijken waar we staan en in welke richting we willen evolueren. Het beleidsplan zet ons op de goede weg.

Het valt op dat jullie dagelijks bestuur uit evenveel mannen als vrouwen bestaat. Is dit een toevalstreffer of iets waar jullie naar streven?   

Uitstap naar Val Dieu

Ik moet eerlijk zeggen dat wij vooral kijken naar de sterktes van de mensen in het bestuur. Als we dan tegelijkertijd ervoor kunnen zorgen dat er meer gelijkheid is, is dat mooi meengenomen. Maar het is geen doelstelling op zich. Wanneer je binnen een erfgoedvereniging, bestaande uit vrijwilligers, mensen kan aanspreken die het willen én kunnen, mag je al heel blij zijn.

Ik herinner me wel dat er ooit vanuit Heemkunde Vlaanderen de bedenking is gekomen dat er enkel Nederlanders in ons dagelijks bestuur zaten, terwijl we een Belgische en Nederlandse kring zijn. Daar hebben we toen hetzelfde op geantwoord: ‘Je hebt gelijk, maar we vinden het belangrijk dat we de juiste man op de juiste plaats hebben.’ Nu ik bij het dagelijks bestuur gekomen ben, hebben we er ineens een Belg bij én dit op de plaats van de voorzitter. Dat kan hen dan toch weer geruststellen. Dat principe trekt zich ook door in de werking van onze organisatie in Baarle-Hertog en Baarle-Nassau. Wij vragen ons bij het organiseren van een activiteit nooit af waar we het gaan organiseren. Voor ons is dat allemaal Baarle. Toevallig kan de vertrekplaats in het ene land zijn en de aankomst in het andere land, maar dat is niet het belangrijkste.

Op welke manier proberen jullie ook jongeren te engageren om erfgoedvrijwilliger te worden? 

Vredesdag

Dat is onze grootste uitdaging. We werken telkens met een vijfjarenplan en daar is vernieuwing en verjonging één van de hoofdpunten. Hoe doe je dat? Ik denk dat dat een kwestie is van het oppoetsen van het imago. Als heemkundekring krijg je heel snel het imago van oud en stoffig te zijn. Ergens kan ik daar wel inkomen, maar anderzijds ben ik zelf wél begonnen als dertiger en ben ik nog altijd actief. Ik geloof dus dat we jongeren er wel kunnen bij betrekken. Binnen onze leden zit bijvoorbeeld een jongeman die van kleins af aan bij de vereniging geweest is. Zijn vader zit ook in het bestuur. Zo één jongere, en dan liefst nog meerdere, kan een aanzet zijn om ook andere jonge mensen te bereiken. Ik denk als je al attent bent op het feit dat je jonge mensen erbij moet betrekken en je je imago wat oppoetst, je als vereniging al ver kan geraken.

Welke impact hadden de coronamaatregelen op jullie werking? En hoe ging je om met mogelijke verschillen in de maatregelen tussen Nederland en België? 

In het begin van de crisis was er een opvallend verschil tussen België en Nederland. Nederlanders hadden de aanpak om adviezen te geven, terwijl België direct maatregelen oplegde. Nederlanders zouden dat gewoonweg niet aanvaarden. Maar uiteindelijk zoeken we allemaal onze weg en komen we allen op de duur bij hetzelfde uit.

Het was voor ons ook wel moeilijk. Wanneer je tijdens een wandeling door Baarle een tiental keren de grens passeert, moet je je telkens bewust zijn van op welke bodem je staat en welke maatregelen er van kracht zijn. Dat werkte eigenlijk niet. We besloten daarom de maatregelen van beide landen bij elkaar te leggen en dan de strengste maatregelen te volgen. We zagen ook dat meerdere organisaties in Baarle, waaronder het cultuurcentrum, hetzelfde principe hanteerden. Die opdeling in twee landen is dus niet altijd een voordeel. Zo mogen we in Baarle soms minder dan in de rest van België of Nederland, afhankelijk van de maatregelen.

De impact van corona was vooral voelbaar bij ons ledental. Onze doelgroep is toch een iets ouder publiek. Dat zijn nu net de risicopatiënten natuurlijk. Zo zijn er toch heel wat leden gestorven. We zagen anderzijds ook een aantal leden afhaken als lid. Dat is iets waar we zelden mee geconfronteerd zijn geweest in het verleden. Als mensen lid worden, mag je er eigenlijk van uitgaan dat ze lid blijven voor de rest van hun leven. Wanneer we hen vroegen achter de reden van vertrek blijkt dat mensen toch wel heel goed op hun budget zijn beginnen letten. Die daling van het ledenaantal verminderde onze inkomsten, wat ons wel wat schrik bezorgde. Daarom deden we er alles aan om dat ledental terug op peil te krijgen. En dat is heel mooi gelukt. We lanceerden via Facebook allerlei acties om reclame te maken voor de vereniging.

Herman Janssen en Ad Jacobs, de nieuwe en oude voorzitter.

Dat leverde ons op een maand tijd toch een 50-tal nieuwe leden op. Zo vulden we het aantal verloren leden quasi volledig terug aan. Intussen zijn we begonnen met een tweede actie via Facebook. Na één dag waren er al acht aanmeldingen. Via Facebook geven wij mensen de kans contact op te nemen met de vereniging en die mensen laten wij dan opbellen. Onze vroegere voorzitter houdt zich daar graag mee bezig. Hij belt iedereen op, maakt die mensen enthousiast over de kring en hij overtuigt hen zo om lid te worden.

We denken er ook over na om volgend jaar een gratis lidmaatschap te laten weggeven door onze leden. We vertrekken vanuit het idee dat eens mensen lid zijn, de kans groot is dat ze lid blijven. Dat kan weer voor een toename van leden zorgen.

Heeft corona ook iets positief teweeggebracht? Zag een nieuw initiatief bijvoorbeeld het licht?

Zeker wel! Wij hadden bijvoorbeeld direct door dat heel deze coronacrisis van groot belang gaat zijn in onze geschiedenis. Men gaat daar later nog altijd op terug kijken. Daarom besloten we om de geschiedenis te schrijven op het moment dat we hem beleven. In ons tijdschrift kijken wij telkens naar wat COVID-19 ons heeft gebracht in Baarle. Wanneer iemand binnen 50 jaar iets over corona wil publiceren, moet hij dus gewoonweg ons tijdschrift erbij nemen. Die kans om mee te schrijven aan de hedendaagse geschiedenis hebben we gegrepen.

Deze crisis zet ook ons unieke karakter, namelijk dat de kring deels Belgisch en deels Nederlands is, in de verf. Heel lang hebben we gedacht dat grenzen iets uit het verleden zijn. De grens tussen Nederland en België, daar stopte niemand meer voor. Maar als je kijkt naar wat we het afgelopen jaar hebben meegemaakt, staan die grenzen wel degelijk terug op de kaart. De eerste drie maanden van mijn voorzitterschap, of iets daarvoor, kon ik bijvoorbeeld niet vanuit Merksplas naar Baarle, omdat de grens was afgesloten.

Daarnaast kreeg je ook meer tijd door het wegvallen van tal van activiteiten. Tijd die ik kon spenderen aan opzoekwerk. Zo doe ik veel onderzoek naar die enclaves in Baarle, bijvoorbeeld om dit in een tekst ‘de enclaves in 30 vragen’ te gieten. Verder kwam ik er tijdens het bestuderen van kaarten achter door hoeveel huizen, tuinhuizen en garages in Baarle de grens tussen Nederland en België loopt. Daar kan Toerisme Baarle dan weer gebruik van maken door die informatie aan de man te brengen. Met die samenwerking zijn we wel heel sterk bezig, ook tijdens corona.

Die samenwerking met Toerisme Baarle, wat houdt die juist in?

In 2011 introduceerden wij een groot project rond de herdenking van de Eerste Wereldoorlog. We gingen steeds verder kijken naar de mogelijkheden binnen dit initiatief. Zo werkten we wandelingen en fietstochten uit en planden we een aantal zaken te reconstrueren om te tonen aan de mensen. Dat deden we niet uitsluitend voor de eigen bevolking, maar ook voor mensen van buiten Baarle. En dan kwamen we natuurlijk al snel in het vaarwater van Toerisme Baarle, een organisatie die ook wandelingen uitstippelt om mensen naar het dorp te lokken. Daarom sloegen we toen de handen in elkaar. We stippelden een wandeling uit in Zondereigen, het kerkdorp van Baarle-Hertog. Die samenwerking met Toerisme Baarle maakt het voor ons gemakkelijker omdat zij hun contacten en ervaringen meebrengen voor wat betreft het organiseren van toeristische activiteiten.

Toerisme Baarle heeft dan weer baat bij ons onderzoek, bijvoorbeeld naar de enclaves. De informatie die wij op papier zetten, kan door hun gidsen gebruikt worden. Zo stelden we een kleine collectie samen vol interessante lectuur voor de gidsen. Je hebt heel snel een vorm van samenwerking door al doende naar elkaar toe te groeien.

Je zegt dat er minder activiteiten zijn doorgegaan. Op welke manier paste je het aanbod aan activiteiten aan als gevolg van de corona-maatregelen?

Er zijn inderdaad heel wat zaken stilgevallen. Als vereniging hebben wij een 12-tal werkgroepen, waarvan er een aantal volledig stilliggen. Ons tijdschrift is wel elke keer uitgekomen. Verder zijn we ook volop bezig met twee boeken, eentje gepland in 2021 en eentje in het jaar daarop.

Archeologische dag, uitleg over de metaaldetector.

We staan ook bekend om onze wandelingen. Eén van onze bestuursleden, die ook de wandelknooppunten in Baarle mee uittekent, heeft ondertussen al meer dan 25 wandelingen uitgestippeld langs knooppunten. Hij koppelde aan bepaalde punten dan een heemkundige uitleg om de wandelaars te vertellen wat ze zien en waar ze op moeten letten. Je kan die wandelingen via onze website downloaden. Dat is een groot succes geweest. De duizenden downloads zijn daar hét bewijs van. Normaal doen we dit graag met een gids, maar dat is nu uiteraard praktisch niet haalbaar.

Je moet altijd zoeken wat er wel kan en wat niet. Sommige dingen lukken beter dan andere. Zo verzorgden we slechts één keer een digitale lezing. Het viel toch op dat weinig mensen bereid zijn om dit te doen. Sprekers doen dit ook voor een deel omwille van de interactie met het publiek. Als dat wegvalt, merken we toch dat tal van mensen liever een jaartje wachten.

Om met een positieve noot te eindigen, heb je nog een tip die je graag wil delen met andere erfgoedvrijwilligers in het licht van corona? 

Ik denk dat we ons na corona, eens dat het echt voorbij is, aan een heel andere tijd mogen verwachten. Ik leg de link met de roaring twenties van vorige eeuw, waar mensen na de Eerste Wereldoorlog terug het plezier in het leven vonden en een geweldige tijd beleefden. Ik denk dat dat nu ook kan gebeuren. Ik denk dat mensen weinig gereserveerd gaan zijn om mee te doen aan allerlei activiteiten. Zij gaan de sociale contacten opzoeken. Vroeger dacht men al snel na of iets wel de moeite loonde en niet te duur was. Ik denk dat die zaken nu op de tweede plaats gaan komen. We hebben lang genoeg niets gedaan. Voor de verenigingen is een rooskleurige toekomst weggelegd!

Bedankt Herman voor dit interessante en fijne gesprek!

Meer informatie over heemkundekring Amalia van Solms vind je op www.amaliavansolms.org en www.facebook.com/amalia.vansolms.